woensdag 9 november 2011

Betalen voor hulp en vergeving

Soera 2:270-271

Afgezien van het vorige vers, en misschien ook van het vers daarvoor, is de koranschrijver nu al een tijdje aan het uitweiden over de pluspunten van het geven van aalmoezen. De volgende verzen gaan nog even op dat thema door - en hoe! De consequenties van deze verzen voor de islamitische theologie zijn diepgaand. Het eerste vers is nog min of meer onschuldig:
270. Wat je ook betaalt aan kosten en belooft aan geloften, Allah weet het! En de onrechtvaardigen hebben geen hulp.
Dit vers lijkt wel te zeggen dat door "geven en beloven" de hulp van Allah kan worden ingekocht. Het suggereert ook dat het nalaten hiervan onrecht is. Als je het positief wilt bekijken betekent dit dus dat Allah gemakkelijk gunstig te stemmen is, namelijk door met geld over de brug te komen of zelfs door dat alleen maar te beloven. Dat laatste komt vooral goed van pas als je toevallig geen cent te makken hebt. Kortom, iedereen, arm of rijk, kan de hulp van Allah inkopen. Dan nu het volgende vers:
271. Als je openlijk aan liefdadigheid doet dan is dat in orde, maar als je in het geheim aan de armen geeft is dat beter: dat is voor de verzoening van je zonden. En Allah is op de hoogte van wat je doet.
Ik vraag me af: zouden er tabellen bestaan waarin je kunt zien wat de verschillende zonden zoal kosten, zodat je weet hoeveel je precies bij het armenhuis in de brievenbus moet stoppen? Anders weet je toch nooit of je wel liefdadig genoeg bent geweest?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Op- of aanmerkingen? Plaats ze hier...